18 - 30 juni, Met bemanning

30 juni 2018 - La Trinité-sur-Mer, Frankrijk

Na de beroemde/beruchtte vuurtoren la Veille en de Raz de Sein te zijn gepasseerd, ruim aan de wind in Audierne aangekomen. Eerst een boei opgepikt voor de ingang daar, omdat het volgens de franse flottielje, daar nog te ondiep was om binnen te varen.  Achteraf hadden we gewoon naar binnen kunnen varen, diep genoeg ook omdat er niet lang geleden gebaggerd is, maar je moet wel goed het vaarwater volgen. Blijkt een leuk havenplaatsje te zijn. Lekker uit eten in restaurant le Cévé. Weer relaxt en gezellig om met René op stap te zijn.

Het haven tarief was een aangename verrassing: 21 euro. Blijkt dat het nog laagseizoen prijs is. In Juli/Augustus gaat de prijs in vrijwel alle havens van Zuid Bretagne met 50% omhoog.

Volgende dag naar Loctudy. Ook weer een leuke plek, met nog veel vissers. Kan er goed wandelen, wat ik dan ook gedaan heb, via een veer die me vanaf de haven naar het schiereiland Tudy heeft gebracht. Mooi strand ook. En eindelijk werd de grijze lucht daar langzaam maar zeker verdrongen door een blauwe... Ik ga er vanuit dat het weer alleen maar goed blijft..... 

De veerman had overigens bij de vertreksteiger een kreeftenkooi gezet. Was de havenmeester niet zo blij mee, dus die haalde hem weer op. Interessant,  de kooi hing er nog maar een paar uur, met wat dooie vis als aas, en hij zat al vol met spinkrabben (araignées). Te klein om op te eten, dus die gingen er allemaal weer uit. Deze krab komt vooral in Normandie en Bretagne voor. Schijnt lekker te zijn en ik heb ze (levend) in de supermarkt gezien voor 3,95 per kg (promootje)... maar ik kon me er toch niet toe zetten om er één te kopen. Misschien een volgende keer.

In Concarneau in de jachthaven naast de oude vestingstad gelegen. Daarbinnen lekker toeristisch, maar wel een leuke sfeer. “Geweldige” (ahum) openlucht dansvoorstelling van middelbare scholieren gezien. Moesten nog veel oefenen en de institutrice stapte, naar het leek, wat chaotisch heen en weer. Terug aan boord werden we verrast door een bezoek van de Douane. Scheepspapieren, in de kastjes en lades kijken. Drie man sterk. Hebben we drugs aan boord? Kreeg de neiging om ja te zeggen: zeeziektepillen. Maar niet gedaan, want het zijn geen lieverdjes die franse douaniers...  Uiteindelijk het procès-verbal gekregen waarop staat dat we gecontroleerd zijn. Tsja, zo halen ze hun target waarschijnlijk, maar lijkt mij zonde van hun tijd : we zien er toch heel betrouwbaar uit...?

Via Quiberon naar Trinité sur Mer. Centrum van zeilwedstrijden. Onderweg kwamen we al een heel wedstrijdveld tegen. In de haven ook een paar spectaculair grote trimarans.

‘s Avonds aan boord een heerlijke visschotel gegeten om de komst van Karin en Patricia te vieren (en voor de gelegenheid een extra doosje witte wijn ingeslagen uiteraard, handig die bag in box). René gaat de volgende dag weer op de terugreis.

Heerlijk om Karin te zien en gezellig dat Patricia ook mee is. De eerste dag een korte tocht naar de Golfe van Morbihan. Patricia heeft zich goed voorbereid met acupressuur bandjes, gember en zeeziektepillen. Onmogelijk om dan zeeziek te worden, temeer omdat het ook heerlijk rustig weer is 😉.

In de Golfe van Morbihan stroomt het lekker. Tegen stroom varen is geen optie, tenzij je het niet erg vindt om niet vooruit te komen. Veel stroomwervelingen ook waar de stromen rond de eilanden elkaar ontmoeten. Bij Larmor Baden, een slaperig dorp, geankerd. ‘s Nachts weer feest..., ging daar hard stromen en de boot rukte en zwierde aan de ankerketting. Voor Patricia daardoor weinig slaap in de punt met krakende touwen en rammelende ketting, dus die verhuisde naar de bank in de kajuit en voelde zich niet helemaal op haar gemak. Ik had het zelf pas echt door toen ik zoals gebruikeljik naar de wc moest. Volgens de gps van de ipad bleven we wel netjes op onze plek liggen, maar ben er toch een paar keer uit geweest om te controleren.

Na deze nacht brak weer een heerlijk zonnige dag aan, naar de kant in de rubberboot en  flink stuk gewandeld, alweer de GR34. Veel oestervissers daar. We zagen ook veel witgekalkte stalen constructies met ronde rubber schijven. Blijkt dat ze daar platte oesters mee vangen die bij Quiberon gedijen in water met een temperatuur van 20 graden.

De volgende dag naar Ile de Moines. Dit keer, aan de westkant ten zuiden van de haven, een vrije meerboei opgepikt vlakbij een strandje. Dat is toch makkelijker. Erg leuk eiland en een verkoelende duik genomen daar. Heerlijk.

Op naar Ile Houat. Geankerd in een baai met een prachtig strand. Bij elke windrichting is rond het eiland een goede ankerplek te vinden. Het blijft zonnig en het lijkt wel of we in de carieb zijn. Daarna naar le Palais op Belle Ile. In de haven strak tussen ander boten op elkaar gepakt gelegen achter aan een meerboei en voor aan de kademuur. Wel bootje nodig om naar de kant te komen. Is ook mogelijk om bij hoogwater in het “dok” te gaan (daar lig je rustiger dan in de voorhaven) maar dat lijkt wel een parkeerplaats voor boten, geen gezelligheid aan. Eiland verkend op de fiets. Landschap is wat saai. Havenplaats Sauzon en Ster Ouen / Ster Vraz zijn ook de moeite waard.

Terug naar Trinité via Quiberon (met knipbeurt in het bois d’amour; Karin had haar kappersschaar meegebracht...) en daar vertrekken Karin en Patricia alweer. Erg mooie week gehad met prima zeiltochtjes. Ga ik weer een paar dagen alleen verder, dat is wel weer even wennen.

Foto’s

2 Reacties

  1. Mama:
    3 juli 2018
    Leuk verhaal Hans
  2. Ben Pereboom:
    4 juli 2018
    Gaaf reisverslag, voor een niet zeezeiler goed leesbaar hahaha. Overigens wist je dat zweefvliegers vooral tegen de stroom in vliegen (tegen de wind) en niet vooruit komen, maar daardoor wel omhoog "geblazen worden", zo kunnen ze wel tot 4 a 5 km hoogte gaan ;-)

    Behouden vaart en pas goed op jezelf (en op je passagiers natuurlijk),
    Ben